
Volgens deze lijst (Inventario Español del Patrimonio Natural y la Biodiversidad oftewel IEPNB) die is opgesteld door het ministerie van Landbouw, Visserij, Voeding en Milieu (Mapama), zijn de volgende soorten de meest kwetsbare zoogdieren van Spanje: de Mediterrane monniksrob (Monachus monachus), de noordkaper (Eubalaena glacialis), de Europese nerts (Mustela lutreola), de bruine beer (Ursus arctos), de Capaccini’s vleermuis (Myotis capaccinii), de Pyrenese desman (Galemys pyrenaicus) en de Iberische of Spaanse lynx (Lynx pardinus).
ADVERTENTIE
Verdwijnen van natuurlijke leefomgeving
De analyse in de officiële “Atlas en Rode Lijst van landzoogdieren in Spanje” van Mapama toont aan dat het grootste probleem voor de Spaanse zoogdieren is dat hun natuurlijke leefomgeving verdwijnt. “Spanje vult zich met asfalt en beton, er liggen steeds meer (snel)wegen in de natuur en het platteland verstedelijkt in een ongecontroleerd tempo”. De “euforie van het bouwen” en de “gigantische” voordelen als gevolg van de herbestemming van de grond hebben de vorderingen die in de jaren tachtig en negentig op het gebied van milieu zijn geboekt, teniet gedaan.
Aantal wilde hoefdieren groeit wel weer
Dankzij een langzaam groeiend milieubewustzijn, een beter natuurbeheer en een betere wetenschappelijke kennis, komen echter sinds enkele decennia de meeste wilde hoefdieren terug naar de bergen. Op dit moment leven er meer herten, wilde zwijnen, reebokken, gemzen en berggeiten dan in de vorige eeuw.
Volgens de Rode Lijst is de jacht op wilde hoefdieren in het kader van duurzame ontwikkeling “algemeen bekend en geaccepteerd in de internationale gemeenschap”. Omdat deze helpt de productie te diversifiëren en een “alternatief biedt voor traditionele en omvangrijke vleesproductie” heeft de jacht “belangrijke sociale en economische voordelen” voor de agrarische gebieden die grenzen aan de bergen.
Duurzame jacht
In die zin merkte de Europese commissaris voor Milieu, Zee en Visserij onlangs op dat de duurzame jacht “een instrument kan zijn om de doelen van Natura 2000 (een Europees netwerk van beschermde natuurgebieden) te bereiken, “als deze adequaat wordt gepland en toegepast door beheer van het aantal diersoorten dat grasland gebruikt, zoals het hert.
1. De Mediterrane monniksrob
Van de zeven zoogdieren die het meest worden bedreigd, is de Mediterrane monniksrob in de Islas Chafarinas (een Spaanse eilandengroep in de Middellandse Zee voor de kust van Marokko) praktisch uitgestorven. De Rode Lijst bevestigt dat de kans op herstel van deze populatie uiterst klein is. Er leven er nog maar honderd in Madeira en Mauritanië. De grootste broedkolonie bevindt zich in Cabo Blanco, aan de kust van Mauritanië. Toegang tot dit gebied is echter levensgevaarlijk omdat het gebied bezaaid ligt met landmijnen als gevolg van het diepgeworteld conflict tussen de Westelijke Sahara, Marokko en Mauritanië.
2. De noordkaper
Oorspronkelijk kwam de noordkaper, een baleinwalvis, veel voor aan de Cantabrische en Atlantische kust, met name in de wintermaanden. In deze tijd kwamen ze naar de Spaanse kust om zich voort te planten en daarbij vormden ze vaak grotere groepen in baaien van ondiepe wateren. In de winterbronstijd bezochten ze ook de Afrikaanse kusten, dicht bij de Canarische Eilanden.
Vermoedelijk is de noordkaper in de Europese wateren reeds uitgestorven. Vanaf het begin van de twintigste eeuw tot eind jaren twintig heeft de walvisindustrie in de Atlantische Oceaan op allerlei walvissen gejaagd, voornamelijk bij de Shetlandeilanden en de Hebriden van het Verenigd Koninkrijk. De noordkaper laat zich gemakkelijk doden. Ze zwemmen langzaam en kort onder de oppervlakte en blijven drijven als ze sterven. Hierdoor was deze soort het favoriete mikpunt van Baskische harpoenen.
De noordkaper is een van de meest bijzondere walvisachtigen vanwege zijn karakteristieke knobbels aan weerszijden van het hoofd, die zowel qua lengte als dikte variëren. Deze oneffenheden zitten gewoonlijk vol met enorme parasieten, zoals eendenmossel, walvisluis, zeepokken en andere schaaldieren. Hierdoor lijken ze van een afstand bedekt met witte of gele vlekken.
Deze walvissoort weegt tussen de 36 en 72 ton en kan wel 18 meter lang worden. De drie soorten uit de Balaenidae, de familie van de baleinwalvissen (de noordkaper, de zuidkaper en de grote oceaannoordkaper) zijn met uitsterven bedreigd in het gebied ten noorden van de Stille Oceaan en de Atlantische Oceaan (600 exemplaren in totaal), maar loopt geen gevaar op het zuidelijke halfrond, waar naar schatting nog 10.000 walvissen leven.
3. De Europese nerts
De Europese nerts bevindt zich nog steeds in een uiterst kwetsbare situatie. Hoewel deze diersoort erg afwisselend is verspreid (in sommige waterbekkens hebben ze zich uitgebreid en in andere zijn ze verdwenen), blijft dit zoogdier bedreigd door de uitbreiding van de Amerikaanse nerts. Dit fenomeen is helaas onomkeerbaar.
De Amerikaanse nerts is in de jaren zestig van de vorige eeuw door grote pelsdierhouderijen in Spanje geïntroduceerd en dreigt nu de Europese neef te verdringen. Waarschijnlijk heeft hij ook de ongeneeslijke ziekte Aleution Distemper op de Europese soort overgebracht. De Amerikaanse nerts heeft zich op meerdere plekken in Spanje kunnen verspreiden en vandaag de dag bestaan er hele stabiele populaties die zich steeds verder uitbreiden.
Volgens het Spaanse nieuwsagentschap EFE staat het huidige aantal Europese nertsen momenteel op minder dan 500 exemplaren. Maar omdat de laatste landelijke telling meer dan 15 jaar oud is, kunnen die gegevens “overschat zijn”, zo geeft het Wereldnatuurfonds als reactie hierop aan.
Milieubeschermers hebben in juli 2017 het ministerie van Landbouw, Visserij, Voeding en Milieu verzocht de Europese nerts te verklaren als “soort in kritieke toestand” en daarnaast een noodplan op te zetten met “voldoende” maatregelen en financiering om uitsterving te voorkomen, iets dat “binnen vijf jaar zou kunnen gebeuren”. Alleen diersoorten die op korte termijn dreigen te verdwijnen, kunnen volgens de wet als “soort in kritieke toestand’ worden verklaard. Van de zeven eerder genoemde soorten is alleen de Europese nerts als zodanig benoemd.
4. De Pyrenese desman
De Pyrenese of Spaanse desman is een molachtig zoogdier dat in het water leeft. Dit dier komt alleen voor in Portugal, Noord-Spanje, en het Spaanse centrale berggebied tot aan de Pyreneeën. Daarnaast is de desman afhankelijk van de goede kwaliteit van het water waarin het leeft. Hierdoor is het een erg kwetsbaar zoogdier.
Mondiale bedreigingen zoals klimaatverandering, (lokale) milieuvervuiling, onjuist gebruik van water en door de mens gebouwde fysieke grenzen, maken de kans op verdwijning van dit dier steeds groter.
In de lijst van bedreigde diersoorten staat de Spaanse desman genoteerd als “met uitsterven bedreigd “voor de populatie in het centrale berggebied en als “kwetsbaar” voor de rest van de populatie.
5. De Capaccini’s vleermuis
De Capaccini’s vleermuis is erg klein: hij weegt niet meer dan 10 gram. Tot voor kort werd gedacht dat dit beestje zich alleen voedt met insecten, maar een studie door de Universiteit van Baskenland (UPV-EHU) heeft bevestigd dat deze bedreigde diersoort ook vis eet.
De verspreiding van dit vliegende zoogdier is beperkt tot West-Spanje en de populatie is niet groter dan 7.000 stuks. Er zijn minstens dertig schuilplaatsen bekend waar ze zich voortplanten.
Hoewel het moeilijk is om een objectieve trend te ontdekken wat betreft de populatie, neemt het aantal volgens experts af. Ongeveer 90% van de kolonies zijn getroffen door menselijke activiteit, die hun jachtgebieden uit balans brengt en hun onderkomens verstoort.
De installatie van hekwerken bij de ingang van de grotten waar deze vleermuizen leven, de verstorende bezoeken aan hun onderkomens tijdens het broedseizoen en de voortdurende aanleg van funderingen en andere bouwwerken vormen de voornaamste bedreigingen van deze gevleugelde wezens.
Voor de populaties in Andalusië moet er dringend een herstelplan komen om iets te doen aan de sterke terugloop van deze diersoort. Vleermuizen hebben een belangrijke rol in het milieu omdat ze zorgen voor de verspreiding van zaden, planten bestuiven en insectenplagen normaliseren, aangezien deze kleine diertjes dagelijks wel drie keer hun eigen lichaamsgewicht aan insecten kunnen verorberen.
6. De bruine beer
Wereldwijd wordt de bruine beer geconfronteerd met steeds verdere afname en verspreiding van zijn leefgebied en met demografische beperkingen. De beren die in Spanje leven zijn de meest bedreigde beren ter wereld.
Vanaf het begin van de twintigste eeuw hebben de beren zich, verdeeld over twee populaties, langs de Cantabrische kust verspreid. Deze groepen staan tegenwoordig niet meer met elkaar in contact.
Toename van menselijke activiteit, menselijke processen die het milieu beïnvloeden en vooruitgang op het gebied van landbouw en visserij vormen al eeuwenlang een constante bedreiging voor deze berensoort.
Aan de lange lijst van beproevingen die deze unieke diersoort wereldwijd moet ondergaan, kan verder worden toegevoegd de ernstige bosbranden die elke zomer Noord-Spanje teisteren. Gebieden aan de Cantabrische kust die vanwege hun grote ecologische waarde belangrijk zijn voor de voortplanting van de bruine beer (zoals het natuurpark La Fuentes del Narcea, Degaña en Ibias in Asturië en het nationaal park Alto Sil in Castilië en Leon), zijn door de branden ernstig aangetast. Hierbij zijn ook de vele eikenbomen en bosbessen getroffen, die zo belangrijk zijn voor de leefomgeving van de beer en de laatste auerhoenen in Cantabrië.
De laatste zes jaar neemt de populatie aan de Cantabrische kust jaarlijks tussen de 8% en 15% toe. Hieruit blijkt een geleidelijke stabilisatie van een soort die hoe dan ook nog steeds met uitsterven wordt bedreigd.
7. De Iberische lynx
Het dier dat qua populariteit de parel in de kroon van de Spaanse fauna en het Mediterrane gebergte is, staat sinds 30 maart 1990 op de Spaanse lijst met bedreigde diersoorten. Zoals de andere soorten waarvoor de meest serieuze bedreiging geldt, is ook voor “de grote Spaanse kat” een herstelplan opgesteld waarin noodzakelijke maatregelen zijn opgenomen om te voorkomen dat deze geweldige dieren in hun wilde staat zullen verdwijnen.
Als het aantal lynxen in dezelfde lijn afneemt als de laatste decennia het geval is, zal deze wilde diersoort zeker uitsterven. Het doel van de beschermingsplannen is juist om dit te voorkomen en ervoor te zorgen dat de Iberische of Spaanse lynx een functioneel onderdeel van het Mediterraan gebergte blijft vormen.
De voornaamste reden van de afname van de populatie is vernietiging, verandering en afbrokkeling van het Mediterrane gebergte. Dit exclusieve ecosysteem wordt steeds verder gedecimeerd ten gunste van landbouw, visserij, mijnexploitatie, verstedelijking en houtwinning. Daarnaast zijn bosbranden een oorzaak voor het verdwijnen van de leefomgeving van de lynx.
Het huidige en potentiële spreidingsgebied van de Iberische lynx wordt de laatste tijd ook aangetast door de toegenomen verstedelijking van het platteland, de leefomgeving van de lynx. Dit zorgt voor vele verstoringen: vuilnis, lawaai, stroperij en overlast als gevolg van verkeer en aanwezigheid van mensen en hun gezelschapsdieren.
In 2017 stierven in Spanje 53 lynxen als gevolg van aanrijdingen (29), ziekte (5), stroperij (8) en andere zaken, zoals “ruzie” (2), “onbekend” (6) en “bouwwerkzaamheden” (5), aldus de gegevens van het project dat werkt aan het herstel van de oorspronkelijke verspreiding van de Iberische lynx in Spanje en Portugal. Het aantal lynxen neemt weliswaar een klein beetje toe, maar niet zonder jaarlijkse verliezen als gevolg van eerdergenoemde oorzaken.
In juni 2017 sloot het fokprogramma voor Iberische lynxen in gevangenschap met een overlevingscijfer van 85%: van de 45 welpen hebben het er 38 overleefd.
Europese Natura 2000
Ondanks de (negatieve) invloed van de mens op het milieu, is Spanje het land dat het meeste bijdraagt aan het Europese netwerk Natura 2000, dit is de grootste verzameling beschermde gebieden ter wereld. Spanje heeft 1.863 beschermde natuurgebieden die samen bijna 30% van het totale beschermde gebied in Natura 2000 beslaan.