
Stel je voor. Een rotsachtige baai met uitzicht op een fonkelende zee. Houten vissersbootjes in het zand. Pijnbomen die schaduw bieden tegen de zengende zon. Een verkoelende zeebries. Had je nog meer wensen voor deze zomer?
ADVERTENTIE
De streek Baix Empordà behoort tot de Catalaanse provincie Girona en wordt in het oosten begrensd door de ruige Costa Brava. Aan zee liggen middelgrote badplaatsen zoals l'Estartit, Palamós en Platja d'Aro, maar voor de werkelijke charme langs de kust van de streek moet je ter hoogte van Begur of de iets zuidelijker gelegen vissersdorpen Llafranc, Tamariu en Calella de Palafrugell zijn. Geen lauwe sangria en all-you-can-eat in massale hotels, wél ongerepte natuur en de authentieke lokale keuken, al dan niet in luxe uitvoering. Niet voor niets wordt dit gebied ook wel het chicste deel van de Costa Brava genoemd.
Begur ligt even landinwaarts tegen een heuvel en staat bekend om de spectaculaire uitzichten over de Baai van Estartit. Het dorp werd opgetrokken in de middeleeuwen en het kasteel - tegenwoordig niet veel meer dan een ruïne, maar wel een met een fantastisch uitkijkpunt - dateert uit de zeventiende eeuw.
Aan het begin van de negentiende eeuw vertrokken veel inwoners naar Cuba om geld te verdienen. Toen deze zogenoemde indianos jaren later met hun fortuin weer terugkeerden, lieten ze huizen bouwen in Cubaans koloniale stijl. Deze riante optrekjes typeren Begur en maken het oord geliefd bij rijke Catalanen uit Girona en omstreken die hier hun weekenden en vakanties doorbrengen. Gedurende de zomermaanden is Begur een levendig dorp, waar de terrassen na zonsondergang volstromen met toeristen uit de omgeving.
Begur is tevens een perfect vertrekpunt om de mooiste baaien van Spanje's noordoostelijke kustlijn te verkennen. Twee daarvan bevinden zich op aangename wandelafstand. De paden die eens werden gebruikt door wachters die de omgeving moesten beschermen tegen piraterij vanaf zee leiden naar Sa Riera en Sa Tuna. Deze twee piepkleine voormalige vissersdorpjes liggen aan verscholen stranden omgeven door indrukwekkende rotsformaties begroeid met pijnbomen. De vroegere vissershutten werden omgebouwd tot vakantiehuizen en geven - samen met de knusse bootjes - de baaien hun karakteristieke sfeer.
Al even idyllisch is het badplaatsentrio Tamariu, Llafranc en Calella de Palafrugell, populair bij gefortuneerde Catalanen, wier luxe buitenhuizen vanaf de kust richting zee staren. Het uitzicht op de badplaatsen, de kustlijn en de zee vanaf de vuurtoren van Cap de Sant Sebastià is betoverend.
Llafranc, de meest decadente van het trio, beschikt over een fijn strand, een jachthaven en de ruïnes van de dolmen van Can Mina dels Torrent. Calella de Palafrugell is bekend vanwege de goed bewaard gebleven witte portalen en de authentieke mediterrane architectuur. Ook bevindt zich hier een van de belangrijkste botanische tuinen van Europa.
De kleinste badplaats is Tamariu, gelegen aan een bekoorlijke baai. Geen betere plek om vanaf een rots met pijn- en tamarindebomen neer te kijken op zonnebadende strandgangers die verkoeling zoeken in het azuurblauwe zeewater.